Dit boek met tekeningen van Arno Kramer, laat de ontwikkelingen van zijn werk zien vanaf 2002. Kenmerkend is de bewuste combinatie van figuratieve en meer abstractere elementen. Ook de torso, de handen en de voeten vormden regelmatig terugkerende onderwerpen en deze werden dan meestal gecombineerd met eigen bedachte mathematische systemen. Het is voor Kramer van belang dat er naast een zekere mystiek en raadselachtigheid in een tekening ook een zekere weerstand zit. Een realistisch getekend beeld kan "verstoord" worden door rasters of vlekken. Hoewel Arno Kramer veel met houtskool en aquarelverf werkt, blijft hij onverminderd spreken van tekeningen.

"Arno Kramer heeft zich nooit iets aangetrokken van voorgeschreven regels en trends van de kunstwereld. Hij is een tekenaar pur sang. Hoewel het modernisme overheerste in de afgelopen decennia, waarbij de waardering vooral uitgaat naar conceptuele en monumentale kunst, video en fotografie, blijft Kramer dicht bij zichzelf als kunstenaar. In zijn tekeningen gaat het om wat er vanuit het handschrift ontstaat, zonder vooropgezet plan maar wel geleid door zijn hand." Diana A. Wind, directeur Stedelijk Museum Schiedam

Teksten: Hendrik Driessen, Diana Wind, Aidan Dunne, Claude D'Anthenaise, John Brown, Seamus Heaney