Welke bijdrage kunnen de inlichtingendiensten, binnen de grenzen van het recht op een eerlijk proces, leveren aan de opsporing en de vervolging van strafbare feiten? De auteur gaat in dit boek in op deze vraag en onderzoekt onder welke voorwaarden informatie afkomstig van een inlichtingendienst gebruikt kan worden als strafrechtelijk bewijs.
Niet leverbaar
Welke bijdrage kunnen de inlichtingendiensten, binnen de grenzen van het recht op een eerlijk proces, leveren aan de opsporing en de vervolging van strafbare feiten? De auteur gaat in dit boek in op deze vraag en onderzoekt onder welke voorwaarden informatie afkomstig van een inlichtingendienst gebruikt kan worden als strafrechtelijk bewijs. Hij doet dit aan de hand van een diepgaande rechtsvergelijkende studie m.b.t. de organisatie, werking en bevoegdheden van de inlichtingendiensten in Belgiƫ, Nederland en Duitsland en hun samenwerkingsmogelijkheden met de gerechtelijke instanties.
Vervolgens toetst hij de verschillende regelingen aan het recht op een eerlijk proces en formuleert hij een aantal noodzakelijke voorwaarden die als leidraad kunnen dienen voor het ontwikkelen van een doordacht inlichtingenbeleid. Het centrale uitgangspunt hierbij is dat de beste garantie voor het recht op een eerlijk proces ligt in het versterken van de positie van de inlichtingendiensten ten aanzien van de politiediensten.
Dit boek is het eerste Belgische handboek over inlichtingendiensten en vormt bijgevolg een onmisbaar werkinstrument voor alle actoren die op enige wijze betrokken zijn bij het veiligheidsbeleid.