(Belgisch recht)
(Belgisch recht)
In periodes van economische en monetaire instabiliteit ervaart een contractpartij sneller problemen om haar contractuele verbintenis uit te voeren. Een leverancier kan bijvoorbeeld (financiële) moeilijkheden ondervinden om producten te leveren aan de overeengekomen prijs omdat de prijs voor grondstoffen plots enorm sterk gestegen is.
Niet leverbaar
In periodes van economische en monetaire instabiliteit ervaart een contractpartij sneller problemen om haar contractuele verbintenis uit te voeren. Een leverancier kan bijvoorbeeld (financiële) moeilijkheden ondervinden om producten te leveren aan de overeengekomen prijs omdat de prijs voor grondstoffen plots enorm sterk gestegen is. Met de relatief recente financiële en economische crisis in het achterhoofd is het bijgevolg niet verwonderlijk dat de overmachts- en de imprevisieleer recent meer aandacht krijgen. Zowel de overmachts- als de imprevisieleer komen tegemoet aan de situatie waarbij een contractpartij maar moeilijk haar verbintenis kan uitvoeren doordat de omstandigheden zijn gewijzigd nadat die contractpartij haar overeenkomst gesloten heeft.
Terwijl de overmachtsleer tot het geldende Belgische recht behoort, kent de imprevisieleer in principe geen plaats in ons recht. De reden voor deze tweedeling is gelegen in het klassieke onderscheid tussen de situatie waarbij het voor de schuldenaar onmogelijk is een verbintenis uit te voeren en de situatie waarbij de schuldenaar het zeer moeilijk krijgt om een verbintenis uit te voeren.
In dit boek gaat de auteur na of de situaties die klassiek onder de imprevisieleer zouden vallen, niet beter onder de noemer van de overmachtsleer te brengen zijn. Immers, als deze situaties door de overmachtsleer kunnen worden gevat, heeft het geen zin meer om – zoals auteurs vaak doen – een afzonderlijke imprevisieleer uit te werken.