Een prachtuitgave van de honderd mooiste en belangrijkste objecten van kunst en geschiedenis uit de periode 1800-1900 uit de collectie van het Rijksmuseum. Van het enorme schilderij De Slag bij Waterloo door Jan Willem Pieneman tot en met het zelfportret van Vincent van Gogh, van de piano van Lodewijk Napoleon tot en met de mooiste art-nouveauvazen en van de beroemde schilderijen van de Haagse School en Breitner tot de uitbundige kunstnijverheid die op wereldtentoonstellingen werd getoond. Bij elk van de honderd voorwerpen wordt een uitvoerige toelichting gegeven over ontstaan, geschiedenis en functie.

Via de napoleontische oorlogen, de Belgische onafhankelijkheid, de koloniale politiek in Nederlands-Indië en de industriële revolutie wordt in de inleiding de politiek-economische geschiedenis van Nederland tussen 1800 en 1900 geschetst. Daarnaast krijgen ontwikkelingen in de kunstwereld en het leven van de kunstenaars volop aandacht, net als de rol die Nederland speelde als aantrekkelijke pleisterplaats voor beroemde schilders als Claude Monet, James Abbott McNeill Whistler en Max Liebermann.