Ieder kind is weleens bang; bang in het donker, bang om ergens te gaan logeren, bang voor het houden van een presentatie. Volgens het Nederlands Jeugdinstituut heeft 4 tot 8 procent van de kinderen op de basisschool last van internaliserende problemen, waaronder angstproblemen. Ruim 10 procent van de jongeren van 13 jaar en ouder heeft angsten. Het gaat hier vooral om sociale en specifieke fobieën. Meisjes hebben er vaker last van dan jongens.

Normale angstgevoelens zijn vaak mild en van korte duur. Bij sommige kinderen zijn de angstproblemen echter zó ernstig dat ze het dagelijks functioneren negatief beïnvloeden. In dat geval spreek je van een angststoornis.

In deze hulpwaaier wordt aandacht besteed aan oorzaken en gevolgen van angst, hoe angst zich in de klas uit - waarbij specifiek faalangst, separatieangst, paniek, fobieën, en de gegeneraliseerde angststoornis aan de orde komen – en hoe je kinderen en jongeren met angst kunt
begeleiden.